Regioportret Utrecht

“Wacht niet af, kijk wat er nodig is om circulair te werken”

Dit artikel is onderdeel van het Regioportret Utrecht (artikel 3/3). Daarmee brengen we in beeld hoe onderwijsinstellingen, bedrijven en overheden in de regio Utrecht samenwerken aan ‘circular skills’: de vaardigheden die nodig zijn in de circulaire economie van de toekomst. We hopen andere regio’s te inspireren en zo de transitie naar de circulaire economie te versnellen. 

Lees hier artikel 1/3Lees hier artikel 2/3


Ze dichten zichzelf een bescheiden rol toe; Maartje Bodde en Greg Bruininkx willen als medewerkers van respectievelijk de gemeente en de provincie Utrecht “niet opdringerig zijn” in het stimuleren van de circulaire economie. Tegelijkertijd hebben ze een flinke drive om bedrijven en onderwijsinstellingen in Utrecht mee te nemen in de transitie naar circulair werken en leren. “Het heeft veertig jaar geduurd voordat de energietransitie op stoom kwam. Zo veel tijd hebben we voor de circulaire economie niet.“

Greg maakt zich, als beleidsmedewerker circulaire economie bij de provincie Utrecht, hard voor meer circulair ondernemerschap in de regio. “Mijn doel is om het percentage circulair ondernemers te verhogen ten opzichte van lineaire bedrijven. Dat doen we door campagnes te voeren, onderzoek uit te zetten en projecten te begeleiden.” Hij ziet voor de provincie met name een rol in het opschalen en verbinden van initiatieven. “Als een circulair initiatief in de gemeente Utrecht succesvol blijkt, is het mijn taak om te zeggen: misschien is dat wel interessant voor de hele regio. Vervolgens breng ik de juiste partijen bij elkaar. Ook pakken we als provincie zaken op wanneer bedrijven en organisaties in de regio daar zelf niet aan toekomen, maar die wel moeten gebeuren; denk aan de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt.”

Essentieel dat iedereen meebeweegt
Volgens Maartje Bodde, adviseur circulaire economie en circulair bouwen bij de gemeente Utrecht, staan we nog aan het begin van de transitie. “We hadden graag gewild dat we al in de ‘versnellingsfase’ beland zouden zijn, maar dat is nog niet zo. Het aantal circulaire bedrijven in de stad is echt nog klein. Er worden wel stappen gezet, bijvoorbeeld in de bouw. Daar hebben bedrijven die circulair willen ondernemen in de afgelopen periode netwerken gevormd en samenwerkingsafspraken gemaakt. Dat past bij de fase van de transitie waarin we nu zitten.” Ze benadrukt hoe belangrijk het is om deze transitie integraal aan te pakken. “Ik kom regelmatig ondernemers tegen die graag meer circulair willen ondernemen, maar tegen belemmeringen aanlopen – bijvoorbeeld rondom vergunningen. Om de transitie te laten slagen, zal iedereen moeten meebewegen. Dat is niet altijd makkelijk, we zijn nu eenmaal gewend om vanuit een bepaald systeem en op een bepaalde manier te werken. Maar om de circulaire economie mogelijk te maken, moet je open staan voor verandering en experimenten. Dat betekent ook op zoek gaan naar oplossingen die we nu nog niet kennen.”

Demonteren is iets anders dan slopen
Behalve met belemmerende wet- en regelgeving, hebben ondernemers die circulair willen ondernemen ook te maken met een mismatch op de arbeidsmarkt. “Er is een kwantitatieve en een kwalitatieve mismatch”, legt Greg uit. “De kwantitatieve kennen we wel: in allerlei sectoren, zoals de zorg, het onderwijs en de techniek, is een tekort aan personeel. Maar er is ook een kwalitatieve mismatch als het gaat om de transitie: de kennis en vaardigheden van de huidige beroepsbevolking sluiten vaak niet goed aan bij wat er nodig is in een circulaire economie. Verkooporganisaties worden in die nieuwe situatie bijvoorbeeld serviceorganisaties – dat vraagt andere, meer technische kennis om spullen te kunnen herstellen of repareren. Of neem de bouw. Daar heb je bepaalde kennis en vaardigheden voor nodig: kennis van materialen, weten hoe je iets in elkaar zet en hoe je iets sloopt. Maar om circulair te kunnen bouwen moet je veel weten over hernieuwbare grondstoffen, over hoe je secundaire materialen gebruikt en hoe je onderdelen moet demonteren. Ook al is het geen wereld van verschil, het vergt toch net iets andere kennis en vaardigheden. Demonteren is echt iets anders dan slopen.”

Intermediair tussen onderwijs en bedrijfsleven
Een arbeidsmarkt die aansluit op wat er in het bedrijfsleven nodig is, is een randvoorwaarde voor de circulaire economie, beaamt Maartje. De rol die zij daarin pakt is het onderwijs laten aanhaken bij bijvoorbeeld bouwprojecten van de gemeente. “Als gemeente gaan wij niet over het curriculum van onderwijsinstellingen, maar we kunnen hen wel verbinden met de praktijk. Scholen hebben vaak behoefte aan stageplaatsen voor hun studenten én ze willen weten wat er in het bedrijfsleven gebeurt. Door hen te betrekken bij concrete, circulaire projecten in de stad zien ze wat daarvoor nodig is in het onderwijs.” Zo is ROC Midden Nederland aangehaakt bij een project rond upcycling bij twee milieustraten in de stad. “Bij het project zijn allerlei bedrijven betrokken die iets met de ingezamelde producten kunnen; daar komen de studenten dus direct mee in contact. Er ontstaan stageplaatsen op de werkplaats, onder meer met voor uitsorteren van producten en materialen en het repareren van producten. Ook is er een onderzoek aan verbonden waarin ROC-studenten een rol spelen.”

Circulair hoog op de agenda in Utrecht
Hoewel we nog maar aan het begin staan van de transitie naar een circulaire economie, gaat er volgens Maartje en Greg al veel goed in de regio Utrecht. Zo werken de gemeente en de provincie samen met partners uit het onderwijs en het bedrijfsleven in het Consortium Utrecht aan het vergroten van circular skills. Maartje: “Het onderwerp staat hier hoog op de agenda, dat alleen al is positief. Het is ook niet verwonderlijk: in Utrecht worden in de komende jaren zestigduizend woningen gebouwd, dus moeten er ook meer arbeidsplaatsen worden gecreëerd. Dan is het belangrijk om voor te sorteren op het type arbeid dat in de toekomst nodig is. Een voordeel is de hoge concentratie onderwijsinstellingen in onze regio. Wanneer scholen goed met elkaar en met bedrijven gaan samenwerken aan opleiden voor de circulaire economie, krijgt de transitie een boost.” Concreet stelt Maartje voor om concept van ‘de Beroepentuin’ uit te breiden. “Via de Beroepentuin worden werkzoekenden en werknemers vanuit andere sectoren naar de bouw en techniek geleid. Ze kunnen een verkorte opleiding volgen tot onder andere laadpalen- of zonnepanelenmonteur. De Beroepentuin kan zo de energietransitie in Utrecht versnellen; zoiets kan ook nuttig zijn voor de circulaire economie.” Greg denkt dat ook de financiële sector een grote rol kan spelen in het versnellen van de transitie in Utrecht. “Banken en verzekeraars zijn goed vertegenwoordigd in deze regio. Het is belangrijk dat zij zich verdiepen in vormen van financiering die passen bij nieuwe, circulaire bedrijfsmodellen.”

Liever vandaag dan morgen aan de slag
Diezelfde banken en verzekeraars zien bedrijven die niet meegaan in de transitie steeds meer als risico; ze zijn dan immers niet ‘houdbaar’ in de toekomst. Daar komt bij dat grondstoffen steeds duurder worden en soms moeilijk beschikbaar zijn. En ook vanuit Europa worden ondernemers beïnvloed om de omslag naar circulair te maken: er komt steeds strengere wetgeving, zoals CSRD, de verplichte duurzaamheidsrapportage. Maartje: “Veel ondernemers zien de urgentie ook wel, hoor. Maar ze richten zich toch vaak op het hier en nu – de meesten leven van week tot week. En op dit moment is bijvoorbeeld CSRD nog niet verplicht, dus gaan ze vaak door met business as usual.” Toch raden Greg en Maartje hen aan om zich voor te bereiden op de circulaire economie. “De gemeente en de provincie nemen bijvoorbeeld steeds meer eisen voor biobased materialen op in aanbestedingen. Bedrijven die al ervaring hebben met deze materialen, hebben daar nu voordeel van.” Hun advies aan ondernemers is dan ook: wacht niet af aan de zijlijn, maar ga nu aan de slag. “Ga nu al samen met je collega’s, klanten en leveranciers kijken wat er nodig is om circulair te kunnen werken en produceren. Anders loop je straks achter de feiten aan.”

Auteur: Annemarie Teuns
Fotografie: Pim Geerts

Meer weten over het opleiden voor een inclusieve, duurzame toekomst?
Sustainability Skills

Maartje BoddeMaartje Bodde
Als adviseur circulaire economie en circulair bouwen bij de gemeente Utrecht benadrukt Maartje hoe belangrijk het is om deze transitie integraal aan te pakken. In Utrecht staat de circulaire economie hoog op de agenda en daarin is het belangrijk samen te werken met ondernemers en onderwijsinstellingen.

 

 

 

Greg Bruininx

Greg Bruininkx
Greg maakt zich, als beleidsmedewerker circulaire economie bij de provincie Utrecht, hard voor meer circulair ondernemerschap in de regio. “Mijn doel is om het percentage circulair ondernemers te verhogen ten opzichte van lineaire bedrijven. Dat doen we door campagnes te voeren, onderzoek uit te zetten en projecten te begeleiden.”

    Deel deze pagina:

    Meer nieuws