studenten

Het inzetten van de beweging naar duurzaam onderwijs

Duurzaamheid is geen optie, het is noodzaak. In een wereld die steeds meer geconfronteerd wordt met de gevolgen van klimaatverandering, is het volgens Felix van Vugt de verantwoordelijkheid van onderwijsinstellingen om nieuwe generaties zo goed mogelijk voor te bereiden op de uitdagingen die voor hen liggen. We spraken hierover met deze gedreven lerarenopleider van de Hogeschool Utrecht. Hij neemt ons mee in zijn enerverende reis om duurzaamheid in het DNA van de school te verankeren. Ook deelt Edith Peeters, opleidingsmanager en projectleider van het Instituut Archimedes van de Hogeschool, het perspectief op dit proces vanuit het Management Team.  

Het is vijf jaar geleden als zijn zoontje wordt geboren. Waar hij zich al langere tijd zorgen maakt om de manier waarop we omgaan met de aarde, wordt hij nu wakker met de drang om actie te ondernemen. Zijn doel: een leefbare toekomst; niet alleen zijn zoon, maar voor alle toekomstige generaties. Maar hoe pak je dat aan? Van Vugt: “Ik voer klimaatactie met Extinction Rebellion en Fossielvrij Nederland. Tegelijkertijd besefte ik me dat ik de meeste tijd doorbreng op mijn werk. De vraag kwam bij me op hoe ik me ook in mijn werk als lerarenopleider kan inzetten voor een duurzame wereld.”

Prioriteit voor duurzaamheid?
“Ik kwam in contact met mijn collega Peter Duifhuis, die al een cursus over duurzaamheid had ontwikkeld en intern een soort ambassadeursrol had opgepakt. We deelden de opvatting dat duurzaamheid een speerpunt zou moeten zijn binnen ons Instituut Archimedes” vertelt hij. Na een succesvol pleidooi is besloten om duurzaamheid op te nemen als speerpunt bij de Hogeschool Utrecht, waar ook het Instituut Archimedes in meeging.

Van Vugt: “Ik heb contact opgenomen met Leren voor Morgen. Zij stelde op dat moment een kleine subsidie beschikbaar stelde voor scholen om te werken aan een visie op het verankeren van duurzaamheid in het onderwijs.” Het proces om samen een visie te ontwikkelen verliep helaas stroever dan gehoopt; duurzaamheid had op dat moment nog niet zo’n grote prioriteit in vergelijking met andere speerpunten binnen het instituut. Peeters legt uit: “Duurzaamheid had en heeft altijd onze aandacht, alleen was er zoveel te doen, zoals een curriculumherziening in de bachelor. We hebben het toen getemporiseerd om niet alles tegelijk te laten lopen.” De visievorming leek qua timing te vroeg te zijn gekomen om te werken naar échte verankering van leren voor duurzame ontwikkeling.

“Hoop zit in actie en coalitie geeft kracht”
Ondanks de frustratie die hij hierdoor voelde, liet Felix zich niet ontmoedigen om werk te maken van duurzaamheidsonderwijs en in gesprek te blijven met het instituut. Samen met collega Niels de Boer, die hij met een brede lach ook wel zijn ‘klimaatje’ noemt, startte hij een initiatief om de urgentie nog meer over te brengen in de hele hogeschool. Ze zochten medestanders die duurzaamheidsonderwijs net zo cruciaal vinden om studenten op te leiden in een snel veranderende wereld.  

Van Vugt: “Soms is de somberheid die ik voel door de klimaatproblematiek overweldigend. Maar hoop zit in actie. Coalitievorming geeft daarbij kracht om vol te houden, want dan merk je dat het bij anderen net zo leeft.” Met 45 docenten, vanuit 21 instituten, schreven ze een brandbrief aan de Hogeschool. Hierin gaven ze aan dat duurzaamheid nog niet structureel geïntegreerd is in de onderwijspraktijk. Volgens Peeters een mooie stap, want er was behoefte aan concretisering. De docenten willen per direct aan de slag om studenten op te leiden als change agents voor een duurzame en rechtvaardige samenleving. Om dat te kunnen doen is ruggensteun vanuit het bestuur en opname van de Sustainable Development Goals in het curriculum nodig.  

Een scherpe doelstelling
De brandbrief legitimeerde de scherpe doelstelling die uiteindelijk werd geformuleerd: in 2028 hebben alle opleidingen van de Hogeschool duurzaamheid in het kerncurriculum. Deze doelstelling vindt concretisering via verschillende wegen. Zo wordt er gewerkt aan een project over de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) in het onderwijs vanuit de Kennis- en Innovatie Agenda (KIA), wat ook bij de instituten de weg voor verandering plaveide. Peeters: “Het Archimedes Instituut zet nu ook de stap om duurzaamheid echt op de kaart te zetten, aansluitend bij de keuzes van de Hogeschool Utrecht en de koers van de Kennis-en Innovatieagenda.”  

Vandaag de dag werken zij doelgericht en met een sterk verantwoordelijkheidsgevoel aan de opdracht die voor hen ligt. Deze koers toont lef en een sterk teken van groei horend bij veranderprocessen. “Er is een project gestart waarbij tijd en ruimte wordt vrijgemaakt in alle onderwijsteams om duurzaamheid een plek te geven in de bestaande curricula” vertelt Peeters. Naast de inbedding in het curriculum wordt gekeken naar hoe verdiepend keuzeaanbod voor duurzaamheidseducatie gerealiseerd kan worden; hoe ze studenten leren om te gaan met desinformatie; hoe docenten geprofessionaliseerd kunnen worden en hoe ze vanuit de lerarenopleiding de verbinding kunnen leggen met het onderwijsveld om daar het proces te versterken. 

We gaan op berenjacht
Van Vugt hoopt dat het delen van zijn ervaring anderen inspireert om op hun scholen de beweging in te zetten. “We zitten in een crisissituatie en deze tijd vraagt andere dingen van jongeren. Wij hebben een plicht om hen op te leiden voor de toekomst en het huidige opleidingskader past daar niet bij.” Daarbij wil hij hen de moed geven om ook met de weerstand die ze mogelijk ervaren door te gaan. “Ik lees mijn zoontje altijd voor uit het boek ‘We gaan op berenjacht’. Onderweg komen de hoofdpersonen steeds nieuwe obstakels tegen. Van kolkende rivieren tot donkere bossen: ze kunnen er niet langs; niet onderdoor; en niet overheen. Maar wat doe je dan? Dan ga je er dwars doorheen.”

In samenwerking met: Felix van Vugt en Edith Peeters 

    Deel deze pagina:

    Meer nieuws