Levensecht onderwijs

Levensecht onderwijs in 6 stappen

“We zijn met z’n allen op reis” begint Roeland Westra, projectleider Centum Duurzaam bij ROC Friese Poort, zijn verhaal. “Op reis van een wereld waarin we gebruik maken van fossiele grondstoffen, naar een fossielvrije samenleving. Waarin we inmiddels ook goed weten dat niets doen geen optie is. Daarom is er een klimaatakkoord en heeft iedereen in de samenleving daar een rol in te vervullen.” Ook het middelbaar beroepsonderwijs heeft hierin een belangrijke rol, namelijk het toekomstgericht opleiden van studenten. Zij zijn namelijk de vakmensen van de toekomst. Daarom is het essentieel dat studenten zich afvragen welke bijdrage zij willen leveren.

Centrum Duurzaam en levensecht onderwijs in 6 stappen
Samen met Olga de Ridder trekt hij Centrum Duurzaam. Met dit initiatief willen ze aanjagen, verbinden en inspireren; een duurzame beweging in gang zetten. Speerpunt is voor hen hierin dat ze samen met studenten en bedrijven avonturen willen meemaken. Leren door te beleven, te ontdekken en te doen. Dit doen ze op drie verschillende manieren. De eerste is het Duurzaam doen huis, waar studenten leren werken met de nieuwste duurzame technieken. Ook werken ze aan levensecht onderwijs in 6 stappen. Daarover lees je hieronder meer. Ten slotte organiseren ze Duurzaam doen lezingen, om iedereen op de hoogte te brengen van de laatste ontwikkelingen.

Hoe ziet dat levensecht onderwijs er dan uit in de praktijk? In dit traject is de opdrachtgever een bedrijf uit de praktijk. Zij delen een uitdaging met de studenten, die daar vervolgens mee aan de slag gaan. “Een mooi voorbeeld is de opgave van bouwbedrijf Heijmans. Zij wilden graag een circulair tiny house ontwikkelen. Vervolgens zijn we daar in 6 stappen mee aan de slag gegaan.”

De 6 stappen voor het vormgeven van levensecht onderwijs
Stap 1: De introductie. Hierbij gaan we met de studenten naar de locatie van de opdrachtgever toe. Zij vertellen daar meer over het onderwerp en de uitdaging. Hier start het ontdekken en beleven. “In dit geval gingen we naar een tiny house waar Heijmans toelichting gaf en een woningbouwvereniging uitleg gaf over het belang van dit type woningen.”

Stap 2: Challenge. De studenten gaan met de uitdaging aan de slag en komen met eerste ideeën. Dit doen we met een externe facilitator, omdat dit een frisse dynamiek creëert. Na deze dag krijgen ze 10 weken de tijd om een idee door te ontwikkelen tot definitieve ontwerpen. Hierbij maken we gebruik van design thinking en het business model canvas, maar dan in simpelere taal. “Het leuke was dat Heijmans een van de ontwerpen ook wilden gaan bouwen. Hierin trokken studenten en medewerkers met elkaar op en zorgden zij voor de materialen. Dat is een prachtige vorm van ontwikkeling.”

Stap 3: Kennis. Onderweg heeft de student ook kennis nodig. Deze kennis zit deels bij de docent en deels in het bedrijfsleven. Zo kun je lezingen/presentaties organiseren rondom het thema.

Stap 4: Praktijkdag. Het is waardevol om studenten een dag mee te nemen naar een bedrijf en hier ook aan de slag te laten gaan met een vraag.

Stap 5: Gastlessen. Nodig sprekers uit op school vanuit het bedrijfsleven.

Stap 6: Excursie. Ga aan het eind van het traject terug naar de plek waar je begonnen bent. In het begin was het voor de studenten allemaal nieuw, maar na een aantal weken staan ze er nu als ervaringsdeskundigen. Hier kun je samen het traject feestelijk afronden.

Energie als vliegwiel
“Waar krijgen jullie eigenlijk energie van?” vraagt hij vervolgens aan een groep professionals die integraal bezig zijn met duurzaamheid in het mbo aan de hand van de SustainaBul. Veelgenoemde antwoorden zijn samenwerken, de natuur en creativiteit. Deze vraag vormt voor Roeland regelmatig een vertrekpunt, of hij werkt nu met zijn studenten, het bedrijfsleven of onderwijsprofessionals. Naast de gegeven antwoorden hoopt hij dat ze energie krijgen van nieuwe dingen leren. Want door verandering te zien als kans, ontstaat er met regelmaat ook energie. Dit geldt voor alle betrokkenen: “Studenten hebben frisse blikken. Ze denken anders en doen dingen anders en daarmee komen ze op nieuwe ideeën, waar het bedrijfsleven nog niet op die manier over na heeft gedacht. Dat is enorm waardevol.”

Het meenemen van docenten
Ook de docenten zijn hierin van groot belang. Daar begint de beweging naar duurzaamheid. Om die reden organiseren ze duurzame expedities, buiten de school, voor docenten om te professionaliseren rondom dit thema. “Ik heb hen meegenomen naar de rand van het IJsselmeer, waar ze een programma volgden over thema’s als circulariteit”. Ook zijn ze aan de slag gegaan met het zelf formuleren van praktijkvragen aansluitend bij de opleiding, welke ze vervolgens weer kunnen inzetten in het onderwijs.”

Onderwijskundige vormgeving
“Op dit moment doen we dit vooral voor de bouw, maar ook steeds meer voor andere opleidingen” vervolgt Roeland zijn verhaal. “We maken gebruik van Digibib (consortium beroepsonderwijs). Daar staan (deel)opdrachten in die we combineren met een levensecht project. Dat vormen we tot een planning van 10 tot 20 weken. Hierin bepalen we ook welke kennis we in huis hebben en op welke manier we het bedrijfsleven betrekken. Uiteindelijk werken we altijd toe naar een eindpresentatie voor de opdrachtgever. Levensecht onderwijs biedt een praktische voorbereiding voor de student op de stage en het examen. Het is wel nodig om lesmateriaal te herschrijven, wat tijd kost. In een ideale toekomst is er genoeg tijd en ruimte om samen het onderwijs door te ontwikkelen.”

Hij sluit zijn presentatie af met de woorden “wees de verandering die je in de wereld wilt zien!”
Wil jij ook werken aan het verankeren van duurzaamheid in het mbo? Bekijk hoe jij vanuit jouw rol kan bijdragen en meld je aan voor het netwerk MBO voor Morgen.

    Deel deze pagina:

    Meer nieuws